Ondernemers en werknemers die meer dan 500 privé-kilometers rijden in de bestelauto van de zaak/werkgever dienen bijtelling te betalen. Deze ondernemers en werknemers hebben in privé geen uitgaven aan de bestelauto waardoor de belastingdienst heeft bepaald dat hier een heffing tegenover moet staan.
Afgezien van de elektrische bestelauto’s bedraagt het bijtellingspercentage voor alle bestelauto’s 22 procent. Dit betekent dat er 22 procent van de cataloguswaarde van de bestelauto inclusief BTW en BPM bij het salaris opgeteld dient te worden. Op www.rdw.nl kunt u de cataloguswaarde nazien. Voor volledig elektrische bestelauto’s geldt in 2018 een bijtellingspercentage van 4%. Voor bestelauto’s met een datum eerste toelating van voor 2017 geldt het oude bijtellingspercentage van 25%.
Voor bestelauto’s van 15 jaar en ouder geldt een afwijkende regel. Voor de berekening van de bijtelling is niet de cataloguswaarde het uitgangspunt maar de waarde in het economisch verkeer (de marktwaarde). Er geldt een bijtellingspercentage van 35 procent.
Voor ondernemers met een wat oudere bestelauto (tussen de 5 en 15 jaar*) die inmiddels is afgeschreven is er een interessante uitzondering op de regel. De bijtelling die voor de bestelauto wordt gerekend kan nooit hoger zijn dan het bedrag aan totale werkelijke kosten voor de bestelauto. Onder werkelijke kosten worden verstaan:
- Onderhoud
- Motorrijtuigenbelasting
- Afschrijving
- Brandstof
- Verzekeren (klik hier om uw premie te berekenen)
- Reparatie
Dit betekent dat u bij een bestelauto met een waarde van € 30.000 en een werkelijke totale kostenpost van € 4.000 voordeliger uit bent. In plaats van € 7.500 (25%) hoeft u namelijk maar € 4.000 bij uw inkomen op te tellen
*hierbij is geen rekening gehouden met de versnelde afschrijvingsregeling uit 2013